De 'V' in VGC onderstreept net onze openheid, los van taal

“Door voor een naamsverandering te kiezen dekken we niet langer de lading van ons beleid in Brussel én keren we de Vlaamse gemeenschap de rug toe”, zo reageren parlementsleden Johan Van den Driessche en Karl Vanlouwe op het voorstel van Sp.a en Open VLD om in navolging van Groen de VGC (Vlaamse gemeenschapscommissie) om te dopen tot de NGC (Nederlandstalige Gemeenschapscommissie). “De toekomst van Brussel én van de individuele Brusselaar ligt net in een goede samenwerking en een sterke band met een open Vlaamse Gemeenschap” , aldus beide parlementsleden.

De Vlaming, binnen én buiten Brussel - verwacht een VGC die assertief en open is. Een VGC die inspringt voor de noden van de Brusselse Vlamingen waar de Brusselse instellingen dat al te vaak niet doen. Maar ook een VGC die openstaat voor de diverse bevolking in de hoofdstad. Als inclusieve partij zijn wij voor een inclusieve gemeenschap.

Vlaams Parlementslid Karl Vanlouwe: “Waarom willen deze politici de investeringen van de Vlaamse gemeenschap in Brussel wegmoffelen? De VGC is de Brusselpoot van Vlaanderen, vroeger, nu en in de toekomst. Vlaanderen heeft zich altijd in Brussel en voor de Brusselaars (Vlaams, Nederlandstalig, anderstalig) geëngageerd, doet dit nu en zal dit ook in de toekomst doen. Vlaanderen en de VGC richten zich sowieso niet enkel tot Brusselse Vlamingen, maar tot elke Brusselaar die de meerwaarde ziet van de Vlaamse instellingen en van het Nederlands.”

Johan Van den Driessche, N-VA-fractieleider in de Raad van de VGC:  “De nadruk die sommigen nu op ‘Nederlandstalig’ willen leggen suggereert bovendien dat de VGC enkel openstaat voor wie Nederlands kent. Dat lijkt ons geen weerspiegeling van een inclusief beleid maar net het omgekeerde. De VGC is er immers voor alle Brusselaars die allen baat hebben bij een sterke band tussen Vlaanderen en Brussel. Het gaat ons heus niet om het verleden maar om de toekomst van de Brusselaar. Die toekomst van Brussel en de individuele Brusselaar ligt niet enkel in kennis van het Nederlands, maar ook in een goede samenwerking en een sterke band met Vlaanderen. Kortom, Brussel heeft alles te winnen bij een goede samenwerking tussen de VGC en een sterke Vlaamse Gemeenschap. ”

Vanlouwe en Van den Driessche besluiten: “Wanneer Brusselse politici uit de meerderheid zo ostentatief Vlaanderen de rug toekeren, zijn wij zeer bezorgd voor de Brusselse Vlaming én voor alle andere Brusselaars. De VGC zou echter haar energie beter steken in de echte uitdagingen voor de Brusselaars. Een naamsverandering is niet aan de orde.”