Onvoltooid Brussel (De Standaard 05/05/2017)

Op 5 mei 2017, over deze onderwerpen: Brussels Hoofdstedelijk Parlement
Matthias Diependaele en Johan Van den Driessche zien veel mogelijkheden, maar nog meer uitdagingen in de hoofdstad. En hoe hun confederaal model de oplossing kan bieden.

De Vlaamse ontvoogdingsstrijd is, vanuit de leefwereld van de meeste Vlamingen, gestreden en een democratische strijd geworden: een streven naar volle zeggenschap over waar wij met onze gemeenschap heen willen en het beleid dat wij willen.

Brussel is daarin een spécialleke. Geen homogeen Vlaamse stad, maar een meertalige grootstad en hoofdstad. Een derde gewest intussen, zonder echte culturele of taalkundige meerderheid. Een gewest waar veel Vlaamse instellingen gehuisvest zijn, met een belangrijke economische en ook symbolische waarde voor Vlaanderen. De stad heeft een historische en betekenisvolle minderheid van Vlamingen, die er overigens nog steeds het verschil maken. Recent zei horecaondernemer Frédéric Nicolay nog dat ‘Brussel overleeft dankzij de Vlamingen’.

Maar die Vlamingen worden, net als de andere Brusselaars, in het dagelijkse leven wél nog geconfronteerd worden met wat fout zit in de Belgische en Brusselse wanconstructie, ook communautair en taalkundig.

Heilige Huisjes

Brussel is een stad met veel mogelijkheden, maar nog meer uitdagingen. Die zijn bekend: torenhoge werkloosheid, waarbij ongeveer een derde van de inwoners een inkomen heeft onder de armoedegrens, ook al is Brussel onmiskenbaar een economische pool. Samenlevingsproblemen, getto’s, onveiligheid en laksheid, die de laatste jaren een hoogtepunt bereikten. Bedrijven die wegtrekken wegens verkeerscongestie, een haperende en hopeloos versnipperde aanpak van de mobiliteitsproblemen. Gemeentelijke diensten en openbare ziekenhuizen waar je niet terecht kan in het Nederlands.

Die problemen werden nog nooit echt opgelost. Men heeft ze niet willen aanpakken wegens heilige huisjes, de achterban, het eigen postje. Niet kunnen aanpakken, omdat de politieke structuren van Brussel dat verhinderen – daarover zijn zowat alle Vlaamse partijen het eens, en gelukkig ook steeds meer Frans- en anderstaligen.

Mogen we het ironisch vinden dat diegenen die al decennia aan het roer zitten en die problemen duidelijk niet aangepakt hebben, de N-VA nu verwijten Brussel te laten vallen of als een spelletje stratego te zien omdat wij een plan hebben (DS 4 mei) ?

In ons confederaal model is Brussel daarom ook een spécialleke, een model dat de problemen wel kan aanpakken. Fuseer de gemeenten en ga voor één Brussels ‘stadsgewest’, met districten, om zo een gecoördineerd beleid te voeren op alle vlakken. Ook al sneuvelen dan de postjes van heel wat Brusselse politici – bij gemeenten, OCMW’s, huisvestingsmaatschappijen. Dat staat al lang op de agenda, maar tot daden komen de lokale politici niet.

Ga voor een assertiever Vlaams beleid in Brussel. Want wie in Brussel woont, weet ook dat de ‘verbrusseling’ van bevoegdheden de voorbije jaren geen vooruitgang heeft betekend en vooral veel beloftes in zich droeg, bijvoorbeeld van tweetaligheid (‘we zijn allemaal Brusselaars, nietwaar’), maar dat in de praktijk het Nederlands sneuvelt, eerder vroeg dan laat.

Brussel-keuze

Wie in Brussel woont, weet ook hoe belangrijk het engagement van de Vlaamse Gemeenschap is (5 procent van de Vlaamse middelen, goed voor 886 miljoen euro in 2016) en hoe dat engagement een grote toegevoegde waarde levert inzake onderwijs, inburgering, integratie, cultuur. Dat geldt ook op economisch vlak, zoals de verregaande samenwerking tussen Actiris en VDAB en de uitgebreide rol van de VDAB bewijzen.

Dat engagement zetten wij voort met de Brussel-keuze. Sommigen, zelfs een intelligent man als de Vlaamse minister bevoegd voor Brussel, interpreteren die keuze in ons model te kwader trouw. Uiteraard betekent een keuze voor een Nederlandstalige school niet dat een kind niet naar de Franstalige sportclub kan. Onze Brussel-keuze duwt mensen helemaal niet in hokjes, maar gaat uit van blijvende Vlaamse aanwezigheid in Brussel, op basis van een evenwichtig systeem, waarbij wie belastingen en sociale bijdragen betaalt aan de Vlaamse Gemeenschap ook geniet van de uitkeringen van de Vlaamse Gemeenschap (pensioenen, vervangingsinkomen), maar waarbij de voorzieningen (scholen, verenigingen, cultuurhuizen) openstaan voor alle Brusselaars.

De motor van onze visie op Brussel ligt in de lijn van ons streven in Vlaanderen. Het is het streven naar democratisch en doeltreffend bestuur. We bepleiten geen Vlaamse schoonmoeder, wel een Vlaamse waakhond voor de rechten van de Vlamingen in Vlaanderen én Brussel.

Als er iets is wat de Brusselaar niet nodig heeft, is het business as usual voor het huidige onvoltooide Brussel of de splendid isolation van een klein gewest dat de rug keert naar Vlaanderen, dat zo veel te bieden heeft.

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is