Karl Vanlouwe: “In Brussel zijn 58% van de gevangenen niet-Belg, 22% is niet ingeschreven in het bevolkingsregister. De gevangenis van Sint-Gillis spant de kroon met bijna 2/3de vreemdelingen”

Erg veel gevangenen in België bezitten de Belgische nationaliteit niet. Dat blijkt uit de cijfers van de telling van 1 februari 2001 die Kamerlid Theo Francken en Senator Karl Vanlouwe opvroegen bij de minister van Justitie Stefaan De Clerck. De minister maakte een onderscheid tussen vreemdelingen die ingeschreven zijn in het bevolkingsregister, en diegenen die dat niet zijn. Ook deze laatste categorie - dat zijn illegalen en mensen met een instabiele verblijfstitel (ingeschreven in wachtregister/vreemdelingenregister) – is sterk vertegenwoordigd.

“In Brussel loopt de situatie pas echt uit de hand. Daar is 58% van de gevangenen niet-Belg, 22% is niet ingeschreven in het bevolkingsregister. De gevangenis van Sint-Gillis spant de kroon met bijna 2/3de vreemdelingen en een kwart niet ingeschrevenen. Onvoorstelbaar.” aldus de Brusselse N-VA-senator Karl Vanlouwe. Vlaanderen zit ongeveer op het Belgische gemiddelde met 38% niet-Belgen, 12% is niet ingeschrevenen. Wallonië scoort dan weer merkelijk lager met 35% vreemdelingen, slechts 6% is niet ingeschrevenen.

 “Laat me beginnen met te stellen dat er in de hele wereld vreemdelingen in de gevangenis zitten, de aanwezigheid van buitenlanders in de Belgische gevangenissen is dan ook niet meer dan normaal, de hoogte van de percentages is dat echter niet.” aldus Kamerlid Theo Francken. “De overbevolking in onze gevangenissen valt voor een deel op te lossen door criminelen die niet beschikken over de Belgische nationaliteit hun straf te laten uitzitten in het land van herkomst. Daarnaast is ook dringend nood aan een verhoogde toepassing van het inreisverbod en aan een grondige rechtsvergelijking met de omliggende landen. In Nederland kunnen delinquenten na de helft van hun straf al vrijkomen op voorwaarde dat ze terugkeren naar hun land van oorsprong. Zelfs al na één derde van de straf bij lichte misdrijven. Indien men stiekem toch terugkeert naar Nederland en betrapt wordt, moet de volledige straf worden uitgezeten. Dat zijn dingen waarover ook in ons land moet worden nagedacht” besluiten Theo Francken en Karl Vanlouwe. Ze zullen de bevoegde minister hierover ondervragen.