Brusselse regering worstelt nog steeds met kinderbijslag

Op 31 mei 2017, over deze onderwerpen: Brussels Hoofdstedelijk Parlement

Sinds de zesde staatshervorming is de Brusselse Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie (GGC) bevoegd voor de kinderbijslag. Maar terwijl Vlaanderen en Wallonië het basisbedrag en de modaliteiten van de kinderbijslag al vastgelegd hebben, is de Brusselse regering hier nog altijd niet uit. “Als het van de SP.A en de PS afhangt, zullen veel Brusselse kinderen – vooral uit de middenklasse - een merkelijk lager bedrag aan kinderbijslag ontvangen dan de Vlaamse of Waalse kinderen”, aldus Brussels N-VA parlementslid Liesbet Dhaene, ”Dit bewijst nogmaals dat het overdragen van bevoegdheden naar Brussel en het verbreken van de band met de gemeenschappen ten koste gaat van de Brusselaar.”

Minister Frémault (CDH) bevestigde deze morgen in de Commissie Sociale Zaken dat het dossier van de Brusselse kinderbijslag vertraging heeft opgelopen. Zij sluit niet uit dat de overdracht van het federale niveau naar Brussel pas eind 2019 zal gebeuren in plaats van eind 2018. Dit zou onder meer te wijten zijn aan een gebrek aan gegevens en informatie. Die zijn nodig om de (budgettaire) impact van de overdracht in te schatten. Maar uit het debat deze morgen blijkt ook duidelijk dat er binnen de Brusselse regering nog steeds geen consensus is over de hoogte en de modaliteiten van de Brusselse kinderbijslag.

In Vlaanderen en in Wallonië zijn de modaliteiten van de kinderbijslag ondertussen wel al duidelijk. In Vlaanderen gaat het om een maandelijks basisbedrag van 160€ en in Wallonië gaat het om een maandelijks basisbedrag van 155€. Beide gemeenschappen vullen het basisbedrag aan met sociale correcties. In Brussel pleiten Défi en CD&V voor een basisbedrag dat zo weinig mogelijk verschilt met dat van Vlaanderen en Wallonië. SP.A en PS pleiten daarentegen voor een lager basisbedrag dan in Vlaanderen en Wallonië, waardoor er meer sociale correcties kunnen komen. Open VLD en CDH kwamen niet tussen in het debat.

“Brussel is niet in staat om én een hoog basisbedrag én hoge sociale correcties te betalen. De keuze voor een lager basisbedrag dan in Vlaanderen en Wallonië betekent dan ook dat veel Brusselse kinderen - vooral uit de middenklasse - een lager bedrag aan kinderbijslag zullen ontvangen dan een Vlaams of Waals kind”, aldus Dhaene, “De kinderbijslag werd overgeheveld naar Brussel omdat men niet wou dat een Vlaams kind in Brussel meer zou ontvangen dan een Franstalig kind in Brussel. Dat Brusselse kinderen minder krijgen dan Vlaamse of Waalse kinderen is blijkbaar geen probleem.”

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is