Druggebruikersruimte Molenbeek roept meer vragen dan antwoorden op

De afscheidnemende (althans, dat hopen we) Brusselse gezondheidsminister Alain Maron (Ecolo) kwam net voor de verkiezingen op de proppen met het concrete opzet om een tweede druggebruikersruimte te openen in het voormalige Sunrise Hotel in Molenbeek. Die zogenaamde ‘spuitruimte’ zou er dan komen tussen de drukbezochte metrostations Ribaucourt en Ijzer.

Dat is verrassend en weinig doorgesproken. Ik stelde hier al meermaals vragen over in de Molenbeekse gemeenteraad maar werd telkens met een kluitje in het riet gestuurd.

Typisch voor de Ecolo-aanpak is dat de opening van die ruimte van bovenaf werd geregeld en op geen enkel moment overleg met de buurt inhield. Nochtans een voorwaarde sine qua non voor dit soort zaken. Dat er nu met bewoners en handelaars wordt gepraat, ná de beslissing, zijn vijgen na pasen.

“Los van de wenselijkheid tout court van zo’n gebruikersruimte, is het gebrek aan de nodige zorg en omkadering. Een zuiver draaideursysteem waarbij de gebruiker binnenloopt, drugs gebruikt en terug buiten loopt, is het laatste wat Molenbeek nodig heeft.”

Opmerkelijk is trouwens dat ook voor deze gebruikersruimte, net zoals die bij het Zuidstation, een gedoogzone zou worden voorzien rond het gebouw. Dat wil dus zeggen dat dealers en verslaafden er ongestoord hun gangetje kunnen gaan. Simpelweg onvoorstelbaar én ontoelaatbaar. De vraag naar hoe onze politie hier concreet mee zal omgaan, is dan ook meer dan gerechtvaardigd.

Tot slot is het maar de vraag hoeveel de installatie van deze gebruikersruimte zal wegen op de begroting van de gemeente Molenbeek.

Brussels N-VA-parlementslid Mathias Vanden Borre vraagt zich trouwens hoe de komst van een spuitruimte én een gedoogzone te rijmen valt met de gewestelijke strategie om drugsgeweld aan te pakken. “De wijken Ribaucourt en IJzer zijn aangeduid als hotspots vanwege het oplaaiend bendegeweld. Daardoor geldt er een verbod om zich in de openbare ruimte of in om het even welke publiek toegankelijke aangrenzende ruimte te begeven met als enige doel drugs aan te schaffen. Ik zie niet meteen hoe je een gedoogzone kan verzoenen met dit – terecht – verbod. Alweer een bewijs dat het Brussels drugsbeleid aan een algemene visie en doelstellingen ontbreekt”, merkt Vanden Borre op.

“Morgen is het gemeenteraad en ik eis op elk van deze bekommernissen (omkadering, budget, overleg met de buurt, gedoogzone) een afdoende antwoord.” Zegt Maarten Bijnens tot slot.

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is